Toen Kirsten Vissers dochter Emma op driejarige leeftijd vroeg wanneer ze ‘nu eindelijk een piemeltje kreeg’ dacht Kirsten dat het een fase was die wel over zou gaan. Dat bleek niet te kloppen. Nu begeleidt Kirsten andere ouders van trans kinderen.

2Doc.nl sprak met haar naar aanleiding van Petite Fille, de documentaire over Sasha die ervan droomt een meisje te mogen zijn. ‘Ik zat binnen een half uur al met natte ogen en zakdoeken te kijken.’

Opmerking vooraf: in dit artikel is in overleg met Kirsten Visser een paar keer 'ze' i.p.v. 'hij' gebruikt bij verwijzing naar haar zoon Sietse.

Wat ontroert je zo aan deze film?
‘Er zit ontzettend veel herkenning in: de moeder die eerst dacht dat het een fase was, de huisarts die er geen jota van begrijpt, de afwijzingen van school en de balletjuffen. En ondertussen zie je een kind helemaal opbloeien wanneer ze volledig zichzelf mag zijn.’

Heb jij hetzelfde meegemaakt met jouw kind?
‘Mijn oudste zoon Sietse is geboren in een vrouwelijk lichaam en daardoor gingen we ervan uit dat het een meisje was, want zo werkt dat nu eenmaal volgens de biologische wetten. Toen hij drie was, vroeg hij wanneer ie ‘nou eindelijk een piemeltje kreeg’. Ik reageerde vrij laconiek, want ik dacht: dit is een fase. Toen de vraag vaker terugkwam, besloten we dat ze – toen nog Emma, zich geaccepteerd moest voelen zoals ze was. We hebben alle uiterlijkheden losgelaten, ze kon aantrekken wat ze wilde. Op zesjarige leeftijd heeft ze bijvoorbeeld een hele tijd met een hanenkam rondgelopen. Een paar maanden voordat Emma tien jaar werd, was ze langere tijd boos en verdrietig maar wilde ze niet vertellen wat er aan de hand was. Tijdens een ruzie in huis schreeuwde ze in mijn gezicht: ‘Ik ben een jongen!’ Toen begreep ik dat het wel eens meer dan een fase kon zijn.’

Wat gebeurde er daarna?
‘We gingen naar de huisarts voor een doorverwijzing. Ik weet nog heel goed dat de arts zei: ‘Je krijg van mij een verwijzing, maar ik heb nog nooit meegemaakt dat iemand doorzet.’ Met ‘doorzet’ doelde hij op ‘in transitie gaat’. Dat was in 2011. Er waren destijds nog maar twee zorgcentra waar je terecht kon en zelfs toen was er al een lange wachttijd. Eind 2012 konden we terecht bij de genderpoli. Ons kind zag er op dat moment al uit als een jongen en ook op de basisschool werd hij geaccepteerd hoe hij was. Het was een kleine dorpsschool waar we alle ouders kenden en iedereen hebben ingelicht. We wilden dat het nieuws over de transitie goed de huiskamers in kwam. Iedereen was heel begripvol. Dat gaf ruimte aan Sietse om zichzelf te zijn. Ik heb in het begin wel gerouwd om het ‘verlies’ van mijn dochter, maar ik kreeg er natuurlijk een zoon voor terug. Het verdriet om Emma staat los van hoe zielsgelukkig ik ben met mijn zoon. Het zijn twee paden die naast elkaar lopen.’

Tekst gaat door onder de foto

Kirsten met haar zoon Sietse

In Petite Fille horen we dat Sascha door de meeste kinderen wordt geaccepteerd, maar dat het vooral de volwassenen zijn die er moeite mee hebben. Hoor je dat vaker?
‘Kinderen op de basisschool zal het een worst wezen. Die zijn er op die leeftijd helemaal niet zo mee bezig. Het zijn altijd de volwassenen die voor de gekste problemen zorgen. Ik ken een ouder met een trans kind waarbij er op de basisschool een speciale ouderavond werd georganiseerd om dit te bespreken. Een andere ouder reageerde daar: ‘Ik ben blij dat mijn kind niet bij jouw kind in de klas zit.’ Ouders zijn bang dat het kinderen op het idee kan brengen om ook trans persoon te willen zijn, terwijl kinderen alleen maar willen spelen.’

Hebben jullie zelf ook negatieve reacties gekregen?
‘Zeker. Toen mijn kind nog leefde als Emma, wilde ze graag in het jongensteam bij de voetbalclub. Na de aanmelding heb ik naar de club gebeld om de situatie toe te lichten. Ook is het zelfs in de bestuursvergadering besproken. Daarna hoorde ik dat Emma niet werd toegelaten, omdat de club bang was voor pestgedrag. Mijn kind wilde daar toen allang niet meer trainen, maar ik vond het een principekwestie. Ik wilde weten of uitsluiting op basis van gender toegestaan is in Nederland. Ik hoopte natuurlijk van niet. Want als je ‘transgender’ vervangt door ‘dik’, ‘brildragend’ of ‘stotterend’; waar blijven we dan? Uiteindelijk heb ik via het College voor de rechten van de mens bevestigd gekregen dat dit niet mag.

Ik heb ook eens meegemaakt dat iemand uit de Biblebelt tegen mij zei dat trans personen op de brandstapel horen. Mensen vinden het blijkbaar zo spooky, dat ze vergeten dat het over mensen gaat. Het is vaak angst uit ontwetendheid.’

'Een genderidentiteit is zo persoonlijk, het laat zich niet diagnosticeren zoals een gebroken been.'

Denk je dat representatie van trans personen in films als Petite Fille bijdragen aan acceptatie?
‘Representatie is heel erg belangrijk, denk ik, maar dat is nog niet overal. Indeling op basis van geslacht wordt nu nog steeds erg vaak gebruikt, denk bijvoorbeeld aan gymlessen op school. Het zou fijn zijn als er in lesboeken niet alleen over mannen en vrouwen wordt gesproken. Gebruik eens non-binaire voorbeelden met non-binaire voornaamwoorden. Hoe vaker dat gebeurt, hoe normaler het wordt. Ik kan me voorstellen dat ouders van trans kinderen moed halen uit deze film. Het roept ouders op om, net als de moeder van Sasha, advocaat van je kind te zijn. Wees er voor je kind en luister. En ik hoop dat andere ouders de documentaire ook zien en zich er meer in verdiepen. De film laat alle aspecten zien: de gewoonheid ervan, hoe makkelijk het geaccepteerd kan worden als mensen er open voor staan, maar tegelijkertijd ook de weerstand waar veel ouders en kinderen mee worstelen. Een genderidentiteit is zo persoonlijk, het laat zich niet diagnosticeren zoals een gebroken been. Je moet vertrouwen op wat de ander zegt. De afgelopen 10,5 jaar heeft mij doen inzien dat iemands genderidentiteit helemaal geen issue zou moeten zijn. Wat maakt het uit hoe iemand zich identificeert?’

'Ik kan me voorstellen dat ouders moed halen uit deze documentaire.'

Meer weten of dit onderwerp?