Mannenbroeders van Kootjebroek
Mannenbroeders van Kootjebroek
In het voorjaar van 2001 heerst de zeer besmettelijke dierziekte MKZ (Mond en Klauwzweer) in Nederland. In maart wordt ook bij een kalfje in het Veluwse dorp Kootwijkerbroek MKZ vastgesteld. Minister Brinkhorst (D66) laat 200 boerderijen met meer dan 60.000 dieren ruimen. Maar de boeren van Kootwijkerbroek geloven niet dat de ziekte er is, omdat de besmetting niet leidt tot de verwachte uitbraak. Sommige inwoners zien de gedwongen massaslachting als een aanval van een anti-christelijke regering op hartje Bijbelbelt. Tien jaar later is MKZ in Kootwijkerbroek nog steeds een open zenuw. Het trauma van de massale ruimingen is een wond die niet heelt zolang het gelijk van de Kootwijkerbroekers niet wordt erkend. Diverse inwoners zijn bezig om het ongelijk van de overheid alsnog te bewijzen: ze doen onderzoek en voeren processen om de waarheid boven tafel te krijgen. Hoe verhoudt het verzet zich tot de christelijke overtuiging van de Kootwijkerbroekers? Wat betekent gehoorzaamheid aan God in deze context? We zien vier hoofdpersonen worstelen met dit verleden: Lau Jansen, die namens de Stichting Onderzoek MKZ de onderste steen boven probeert te halen; Henk van den Brink, een gedupeerde veehouder die documenten van de overheid via de rechter openbaar probeert te krijgen; Jan Niesing die in 2001 als predikant in Kootwijkerbroek probeerde te bemiddelen in de opstand; en Willem van Essen die als lid van een actiegroep in de cel belandde. Wanneer komt het moment dat zij het verleden kunnen laten rusten?