Iedereen doet wel eens wat stoms in zijn jeugd, maar wat als je daden uit het verleden je je hele leven blijven achtervolgen? In Sporen van Drugs zoekt Emmie Kollau drie overlevers op van de heroïne-epidemie van de jaren zeventig en tachtig.

Toen heroïne in 1972 in Nederland op de markt kwam, volgde in razend tempo een explosie van gebruik. Na krap tien jaar later waren er naar schatting dertigduizend mensen zwaar verslaafd, de zogenoemde 'junks' hingen rond op inmiddels berucht geworden plekken als de Amsterdamse Zeedijk en de Rotterdamse Kruiskade - straten waar weinig anderen zich nog waagden. 

Emmie Kollau zoekt in Sporen van drugs drie ervaringsdeskundigen op die de epidemie hebben overleefd. Ze zijn één van de weinigen. Vijftig jaar na dato zijn de meeste gebruikers uit die tijd overleden aan een overdosis, of aan hiv. Óf hun verleden haalde hen op slinkse wijze in. 

Dat gebeurde bij striptekenaar Peter Pontiac. Hij was in 1983 (vlak voor de aidsepidemie) afgekickt en dacht lang de dans net op tijd te zijn ontsprongen, maar 25 jaar later klopte ineens "een geraamte met een hoge hoed en een rekening voor achterstallige rente van 25 jaar waar niet aan te ontkomen valt", vertelde hij Emmie in 2015 vlak voor zijn overlijden. "In één klap was ik een zieke ex-junk in plaats van een gewone man die vroeger onverstandige dingen heeft gedaan." In 2010 hoorde hij van de dokter dat hij hepatitis C had, later kwam daar ook nog eens een levercirrose bij, waaraan hij in 2015 overleed. Alsof het verleden als een "elastiek losschoot en tegen zijn achterhoofd kletse." Dit gegeven liet Emmie niet meer los, en het vormde de aanleiding voor Sporen van Drugs.

Peter Pontiac, 1991

Na de klap

In Sporen van drugs blikken Truus Oldenburg, Liesbeth Vollemans en Eric Krabbenbosch terug op hun gebruikersverleden. Welke sporen zien zij ervan terug in hun leven? In haar zwartste dagen beroofde Truus (62) als straatprostituee haar klant met een neppistool om aan geld te komen voor haar volgende shot, nu zwerft ze bij mooi weer nog steeds het liefst over de Amsterdamse Zeedijk - op zoek naar een herkenning uit het verleden, al weet ze niet precies wat ze er hoopt te vinden. Liesbeth (64) was al twintiger zwaar verslaafd maar wist voor haar dertigste af te kicken. Eenmaal clean ging ze in de hulpverlening werken en zette ze gebruikersruimtes op. Tot ze op haar veertigste terugviel, en terechtkwam in haar eigen gebruikersruimtes.

Eric staat op zijn 71ste aan het begin van zijn carrière als striptekenaar. Al vier maanden na zijn eerste shot besefte hij dat hij van zijn heroineverslaving af moest, maar het duurde veertig jaar voordat dat lukte. Al die tijd kwam hij nauwelijks aan tekenen toe. Nu hoopt hij over een paar jaar zijn eerste boek uit te brengen.

Truus Oldenburg met het beeld van Majoor Bosshardt op de Wallen.

Eric Krabbenbosch achter zijn computer aan het werk aan zijn animaties.

Over de maker

Emmie Kollau studeerde sociale geografie in Amsterdam. Ze werkte voor talloze radioprogramma’s en interviewde kunstenaars, filmmakers en muzikanten voor de VPRO. Ze maakt o.a. podcasts en radiodocumentaires. Voor haar documentaire De Fotograaf, de Havenzanger en de vrouw die niet gekend wil worden werd ze genomineerd voor een Prix Europa. In 2021 werd ze benoemd tot Meesterverteller, een prijs voor de beste journalistieke verhalende producties van Nederland en Vlaanderen. Vorige maand lanceerde ze de nieuwe serie van haar podcast Lopendebandwerk, waarin ze met de beste muzikanten van Nederland een muzikale ode brengt aan mensen die onzichtbaar, maar onmisbaar werk doen.

Maker: Emmie Kollau
Research: Catrien Spijkerman
Geproduceerd door: Aldus’ producties
Montage: Arno Peeters

Met veel dank aan de hoofdpersonen en hoogleraar geschiedenis Gemma Blok (Open Universiteit) voor achtergrondinformatie.