Marie Lotte Hagen en Nydia van Voorthuizen geven met hun feministisch platform DAMN, HONEY (met gelijknamige podcast en boek) aandacht aan “alle shit waar je als vrouw van deze tijd mee moet dealen”. Welke zes documentaires mag je volgens deze 2Doc.nl-gastcuratoren echt niet missen? ‘Ik hoop dat mensen uit onze kijktips een soort power halen.’

'Veel documentaires behandelen zware onderwerpen, maar in onze kijktips zit ook veel lichtheid en humor.'

Nydia van Voorthuizen

Hoe kwamen jullie tot deze tips?
Van Voorthuizen: ‘Door ons af te vragen: welke docu’s hebben ons geraakt, welke hebben we meerdere keren gekeken en waarvan vinden we dat iedereen ze moet zien? Toen waren we er eigenlijk zo uit.’

Zijn jullie ook echte docu-liefhebbers?
Van Voorthuizen: ‘Voor iemand die documentaires zó leuk vindt, kijk ik ze eigenlijk te weinig. Soms voelt het of je even een drempel over moet, omdat veel docu’s zware onderwerpen behandelen. Maar in de films die wij hebben gekozen zit ook veel lichtheid en humor.

Hagen: ‘Bij goede documentaires ben je vaak toch wel binnen drie minuten gegrepen. Dat had ik ook zeker bij de zes die we nu tippen.’

En in alle documentaires die jullie tippen zit ook een hoopvol geluid.
Van Voorthuizen: ‘Ja, en dat is ook wat activisme uiteindelijk is. Ondanks de heftige thematiek is het juist ook iets waar je veel kracht uit kan halen en hoop uit kunt putten.’

Hagen: ‘Toen we onze tips aan het uitzoeken waren, kreeg ik echt weer zin om me uit te spreken, om…’

Van Voorthuizen: ‘…om de barricades op te gaan!’

Hagen: ‘…en ook om verhalen de wereld in te helpen waar te weinig aandacht voor is. Ik krijg door deze films gewoon zin om te vechten. Op een positieve manier dan.’

Van Voorthuizen: ‘Bepaalde problemen zullen niet binnen een paar jaar opgelost zijn, maar we doen dit samen en alle kleine beetjes helpen. Dat is ook waar de documentaire Ga terug en haal het over gaat.’

'De documentaire Ga terug en haal het houdt witte activisten een spiegel voor.'

Nydia van Voorthuizen

Van Voorthuizen: ‘In Ga terug en haal het reist filmmaker Clarice Gargard op een hele mooie visuele manier door de tijd en ruimte. Langs allerlei verzetsverhalen waarvan het belangrijk is dat wij die met z’n allen kennen. Deze docu laat zien dat zwart verzet er altijd al is geweest, ook al in de tijd van de slavenhandel.’

Hagen: ‘En dat mensen zich al decennialang uitspreken tegen Zwarte Piet. Dat historisch besef wat zo’n film je geeft, is voor mij belangrijk.’

Van Voorthuizen: ‘Ik vind het gevoel van “we zijn er nog steeds niet” ook pijnlijk herkenbaar. De film houdt witte activisten een spiegel voor. Zo vertelt een zwarte activist hoe hen bij de Maagdenhuisbezetting eruit werd gewerkt door witte collega-activisten.’

Hagen: ‘Je kan denken: zijn we er nu nog niet? En aan de andere kant: er is wel een verandering gaande. Deze documentaire heeft me echt aan het denken gezet.’

'Het lijkt wel of iedereen verwacht dat een doof iemand als Tobias zich aan moet passen aan de horende wereld.'

Marie Lotte Hagen

Van Voorthuizen: ‘Doof kind laat zien hoe belangrijk het is om helemaal doof te kunnen en mogen zijn. Om trots te zijn op je dove identiteit en hoe belangrijk Nederlandse Gebarentaal daarin is. De film is gemaakt door Alex de Ronde, de vader van Tobias, die zijn ontwikkeling van kind tot jongvolwassene van dichtbij vastlegt.’

Hagen: ‘Het lijkt wel of iedereen verwacht dat een doof iemand als Tobias zich aan moet passen aan de horende wereld en dus toch leert spreken, terwijl gebarentaal juist iets heel verrijkends en bijzonders is. Daarnaast zijn veel doven erg trots op hun taal en hebben zij daardoor hun eigen cultuur en humor.’

Van Voorthuizen: ‘Wij leren het nu zelf ook, via de organisatie die Tobias zelf heeft opgericht. Het is heel vet om met elkaar te kunnen communiceren zonder te praten. We willen ervoor pleiten dat iedereen een klein beetje gebarentaal leert. Het is een laagdrempelige manier om de maatschappij inclusiever te maken.’

Hagen: ‘Het is ook gewoon een heel handige skill in een lawaaiige ruimte of als je bijvoorbeeld door een glazen wand met elkaar wil communiceren.’

Van Voorthuizen: ‘Tobias wil de Nederlandse gebarentaal graag levend houden. Hij haalt trots uit zijn doof zijn, dat is zo vet eraan.’

'Crip Camp laat zien dat het belangrijk is om voor jezelf op te komen. Er zit veel humor in en je wordt er ook strijdbaar van.'

Nydia van Voorthuizen

Dat uitsluiten van mensen met een beperking komt ook terug in jullie volgende tip: Crip Camp – A Disability Revolution van James LeBrecht en Nicole Newnham.

Van Voorthuizen: ‘Zeker! Deze docu is gemaakt door James die is geboren met spina bifida. De volkse benaming daarvoor is ‘open rug’. Hij kan zijn benen niet gebruiken en zit in een rolstoel. Hij vertelt over het gebrek aan representatie en rolmodellen in zijn jeugd. Op een gegeven moment hoort hij over Camp Jeannette, een zomerkamp voor mensen met een beperking. Hij heeft meteen zoiets van: “Sign me up!” Op dat kamp kan hij eindelijk helemaal zichzelf zijn.’

Hagen: En dat is echt levensveranderend voor hem. De film is ook echt fun! Je hoort tieners die openlijk praten over hun seksualiteit. Maar als ze na dat kamp weer thuiskomen zijn ze zich er nog meer van doordrongen hoe erg ze op het kamp zichzelf mochten zijn en hoe erg ze dat thuis niet kunnen zijn. Een aantal van hen wordt dan activist, waaronder Judy Heumann.’

Van Voorthuizen: Zij roept gewoon: “We gaan New York platleggen!”

Hagen: ‘En ook: “We stoppen niet tot we gelijke rechten hebben”. Dat is zó cool! En zij was toen niet ouder dan een jaar twintig.’

Van Voorthuizen: ‘Zij wordt nu gezien als de “Queen van de Disability Movement”. Ze is helaas vorig jaar overleden, maar het is heel vet om haar op archiefbeeld te zien. Mensen met een beperking worden vaak vergeten als het gaat over activisme en inclusiviteit.’

Hagen: ‘Men vult in: “Mensen met een rolstoel komen hier toch niet”.’

Van Voorthuizen: ‘Deze docu laat zien dat het belangrijk is om voor jezelf op te komen. Er zit veel humor in en je wordt er ook strijdbaar van. Maar er zitten ook verdrietige dingen in, wij hebben ook een traantje gelaten.’

'Voor jonge mensen met een aandachtspanne van een goudvis, zoals ik, is De afhaalchinees een uitstekende documentaireserie.’

Marie Lotte Hagen

Jullie volgende tip is de docuserie: De afhaalchinees van Kelly-Qian van Binsbergen.

Hagen: ‘Oh, ik heb zo genoten van deze docu-serie! En ook weer gelachen, gehuild en veel geleerd.’

Van Voorthuizen: ‘Deze serie is gemaakt door Kelly-Qian van Binsbergen, die zelf geadopteerd is en op onderzoek uitgaat naar haar eigen adoptie en de verhalen van anderen. In Nederland was het destijds populair om “Koreaantjes” te adopteren. De serie laat zien hoe complex zo’n adoptie eigenlijk is. Je ziet Kelly-Qian zelf echt een reis doormaken in hoe ze tegenover haar eigen adoptie staat.’

Hagen: ‘Zij zit tussen de eerste en tweede golf interlandelijk geadopteerde kinderen in. Bij de eerste golf was er veel focus op het idee dat mensen hier die kinderen gingen redden en de behoeften van adoptieouders. Er was nog weinig regelgeving ten gunste van het kind. Nu zijn er meer regels, maar voor wie? Om de wensouders te beschermen of de geadopteerden? Aan het einde van de docu denk je toch: dit is niet hoe het zou moeten.’

Van Voorthuizen: ‘Als je geadopteerd wordt, word je geacht vooral dankbaar te zijn en niet te klagen over de problematiek of racistische opmerkingen die je krijgt.’

Hagen: ‘Kelly-Qian kaart die problematiek aan op een hilarische, maar ook kritische manier. Ze noemt zichzelf een “afhaalchinees”. Ze heeft een ontzettend Zeeuws accent en dat verwacht je niet als je haar ziet. Ze speelt heel erg met vooroordelen van anderen.’

Van Voorthuizen: ‘En er zitten heel harde grappen in. De montage is snel.’

Hagen: ‘Voor jonge mensen met een aandachtspanne van een goudvis, zoals ik, is het een uitstekende documentaireserie.’

'Er zitten beelden in Unrest, die ik niet meer van mijn netvlies krijg.'

Marie Lotte Hagen

Jullie volgende tip is de onthutsende documentaire Unrest van Jennifer Brea.

Hagen: ‘Ja, dit is een documentaire waarvan wij vinden dat écht iedereen hem zou moeten zien.’

Van Voorthuizen: ‘Het is heel bijzonder dat deze documentaire überhaupt bestaat. De hoofdpersoon én maker, Jennifer Brea, heeft ME (red: myalgische encefalomyelitis, een ernstige multi-systeemziekte). Er zijn ontzettend veel ME-patiënten, maar die zijn te ziek om hun eigen verhaal te vertellen. Dat is Jennifer dus wel gelukt.’

Hagen: ‘Jennifer wordt opeens heel erg ziek. Ze heeft last van extreme chronische vermoeidheid die gepaard gaat met veel pijn.’

Van Voorthuizen: ‘Dokters zeggen: “Joh, je moet gewoon meer water drinken. Het is stress of een onverwerkt trauma waardoor je je zo slecht voelt”.’

Hagen: ‘Om te bewijzen hoe heftig en ernstig het is, besluit ze zichzelf te gaan filmen. Via Google ontdekt ze dat er tienduizenden mensen in Amerika met dezelfde klachten zijn die ook niet geholpen worden.’

Van Voorthuizen: ‘Er zijn patiënten die 23 uur per dag in het donker in bed liggen. Zij ervaren al pijn bij  de kleinste prikkel. Als je deze docu ziet, dan geloof je gewoon niet dat artsen zeggen “Het zit in je hoofd”. Er zijn jonge mensen die ME omschrijven als ‘balanceren op het randje van leven en dood’ of die zelfs voor euthanasie kiezen.’

Hagen: ‘Er zitten beelden in deze documentaire, die ik niet meer van mijn netvlies krijg.’

Van Voorthuizen: ‘Wij vinden dit een van de grootste medische schandalen van dit moment. In Nederland zijn er ook heel veel ME-patiënten [red : minstens veertienduizend volgens ME-vereniging Nederland]. Wij zijn bezig om het verhaal van een ME-patiënt, Annica Mell uit te brengen in een boek.

Het is nu een actueel thema vanwege Long COVID, want die symptomen hebben extreem veel overeenkomsten met ME. Bij Long COVID weten we dat een infectie het startpunt was, bij ME is dat startpunt vaak onduidelijk. We hopen dat er door deze docu beter onderzoek komt.’

'Ik voel mij zó verbonden met de vrouwen uit deze docu. Ik wil bijna het beeld instappen en er deel van uitmaken.’

Marie Lotte Hagen

En jullie laatste tip is de documentaire De stad was van ons, radicaal feminisme in de jaren zeventig van filmmaker en activist Netty van Hoorn.

Hagen: ‘Die is gewoon fun! Het gaat over de tweede feministische golf in de jaren zeventig in Amsterdam. Eigenlijk is de boodschap: lesbisch zijn is cool. Ik vind mijn eigen queeridentiteit best wel tof en iets leuks aan mezelf. En ik realiseerde me door deze docu dat ik door de vrouwen van deze radicale lesbische feministische beweging uit de jaren zeventig nu ongegeneerd lesbisch kan zijn.’

‘In de docu zie je onder andere het ontstaan van het vrouwenhuis aan de Herengracht in Amsterdam. Hier komen lesbische en heteroseksuele vrouwen samen om te praten over hun ervaringen. Hierdoor leerden ze zichzelf serieus te nemen. Vanuit die vrouwenhuizen ontstonden er allerlei groepen, zoals De Knalpot: een technische groep van vrouwen die auto’s gingen repareren.’

Van Voorthuizen: ‘En Cinemien, een feministische filmdistributeur, die bestaat nog steeds. En vrouwenfonds Mama Cash en vrij radicale feministische groepen die bijvoorbeeld riepen: “Alle vrouwen moeten lesbisch zijn, wij zijn tegen de man.”

Hagen: ‘Het ging dus af en toe wel een tikkeltje ver, maar ik hou daar wel van.’

Van Voorthuizen: ‘In de docu blikken de vrouwen terug op deze periode. Dit zijn de feministen op wiens schouders wij staan. Het was zo’n coole beweging, met humor en stijl. Feministen worden zo vaak weggezet als schreeuwlelijken in tuinbroeken - en dat was er ook allemaal en dat is ook amazing - maar ze waren dus ook echte ondernemers. Door deze docu werd ik me voor het eerst heel bewust van die feministische lijn waar wij onderdeel van uitmaken.’

Hagen: ‘Ik weet niet precies wat mijn beeld was van feminisme voor deze docu en Damn Honey, maar ik voel mij zo verbonden met deze vrouwen. Ik wil bijna het beeld instappen en er deel van uitmaken.’

Laat de docu iets zien wat jullie tegenwoordig juist missen?

Hagen: ‘Wij keken dit en we dachten: oh my god, wij willen ook zo’n vrouwenhuis, zo’n fysieke verzamelplek. Nu is veel meer online. Wat ook heel goed, fijn en laagdrempelig is. En voor mensen met een beperking veel inclusiever. Zo’n huis is misschien ook wel minder nodig nu.’

Van Voorthuizen: ‘Maar praten is nog steeds wel heel belangrijk. Er zijn nu veel vrouwen die door onze podcast realiseren dat bepaalde dingen niet oké zijn en ons daarover berichten.’

Hagen: ‘De rechten van vrouwen zijn nu ook beter door wet- en regelgeving, maar er is nog genoeg om voor te strijden. Ik hoop dat mensen uit onze kijktips een soort power halen. Dat je denkt: we gaan ervoor, de barricade op!'

Van Voorthuizen: ‘Het verzet begint vandaag!’

Waar kan je Marie Lotte Hagen en Nydia van Voorthuizen van kennen?

Marie Lotte Hagen (1987) en Nydia van Voorthuizen (1988) zijn de oprichters van DAMN, HONEY een feministisch platform. DAMN, HONEY kwam in 2018 tot stand als tegenreactie op het boek Sexy, but tired. But sexy. Dat boek kreeg veel kritiek, vanwege de ‘bevestiging van het traditionele vrouwbeeld, waarin vrouwen ondergeschikt zijn aan mannen.’ DAMN, HONEY bestaat inmiddels uit een wekelijkse podcast, theatershows, zes boeken en instagramaccount (@damnhoneyhetboek), waar het duo zaken bespreekt als abortus, de menstruatiecyclus, vrouwen in sport, politiek en kunst, seksueel plezier, autisme, (niet-)moederschap, heteronormitiviteit, racisme en nog veel meer.