Femicide - of vrouwenmoord is een structureel probleem. Iedere acht dagen wordt er in Nederland een vrouw vermoord. Vaak is een (ex-) partner de dader. 2Doc.nl ging naar aanleiding van de documentaire 'Femicide' in gesprek met criminoloog Renée Römkens over vrouwenmoord en de normalisering van mannelijke dominantie.

Renée Römkens, criminoloog en oud-hoogleraar van de Universiteit van Amsterdam gespecialiseerd in gendergerelateerd geweld.

‘Mannelijke dominantie en superioriteit zijn genormaliseerd in onze patriarchale cultuur. Dáár zouden we eens naar moeten kijken.’

Vrouwenmoord, breder dan partnerdoding alleen

Is femicide het beste te omschrijven als ‘moord op vrouwen omdat ze vrouw zijn’? Volgens Renée Römkens vraagt dit om verdere uitleg: ‘Bij femicide worden vrouwen gedood, omdat ze beschouwd worden als een vrouw in de traditioneel patriarchale zin. Namelijk als iemand waarover de geweldpleger zich superieur voelt en waarvan hij vindt dat hij er zeggenschap over heeft. Het idee dat een man zijn macht op vrouwen mag uitoefenen, omdat ze ondergeschikt aan hem zijn – en dat iemand daar geweld bij mag gebruiken.

Römkens legt uit dat in groot aantal moorden de (ex)partner betrokken is: ‘Gevallen waarbij de vrouw gedood wordt, omdat ze niet langer bij iemand wil blijven en dat die partner dat niet toestaat.’

Vrouwenmoord is breder te trekken dan alleen partnerdoding, vertelt Römkens. ‘Het gaat ook om het vermoorden van sekswerkers of vrouwen die slachtoffer zijn van mensenhandel.’

Zo wordt de term ook genoemd bij de grote hoeveelheid vermoorde en verdwenen vrouwen in Mexico en de bekende ‘Cotton Field’ rechtszaak bij het Inter-American Court of Human Rights. ‘Het zijn veelal vrouwen die als sekswerker geronseld zijn door pooiers uit de georganiseerde misdaad, die vervolgens vermoord en gedumpt zijn in de woestijn.’

Welke cijfers hebben we over femicide in Nederland?

  • In Nederland wordt elke acht dagen een vrouw vermoord
  • Bij zo’n zestig procent zou de vermoedelijke dader een (ex-)partner zijn.
  • Bij mannelijke slachtoffers is dat minder dan vijf procent

Lees hier meer over over deze cijfers

Waarom zijn deze cijfers vertekend?

Römkens: ‘Het percentage femicidegevallen is een voorzichtige schatting, omdat de cijfers zich tot nu toe beperken tot geregistreerde huwelijken en scheidingen. Daarmee worden alle andersoortige relaties buiten beschouwing gelaten.

De Verenigde Naties roepen nu op tot betere registratie. Daarnaast is het zo dat een hoop van de dodingen van vrouwen buiten beeld blijven, omdat de dader het lichaam laat verdwijnen.

Femicide komt in alle maatschappelijke klassen voor

‘En ja, femicide gaat over meer dan eerwraak’, legt Römkens uit. ‘Vrouwenmoord komt namelijk niet beduidend vaker voor onder migrantengroepen dan dat het voorkomt binnen de traditionele witte gemeenschap. De overeenkomst die ik zie, is dat het gaat om een controlerende en uitgeoefende macht die met ongelijkheid en jaloezie te maken heeft. De culturele onderstroom waar het mij om gaat is het beeld dat de pleger heeft van de vrouw als iets waar hij recht op heeft. Ik stuitte bij meerdere onderzoeken op uitspraken als: ‘Als ik jou niet mag hebben, dan mag een ander jou ook niet hebben.’

‘Vrouwendoding komt in alle maatschappelijke klassen voor. Het kan wel een risico zijn als een man werkeloos is of een drank- of drugsprobleem heeft. Er is dan minder te verliezen en er is een soort wanhoop als de vrouw de man verlaat; het is ‘het laatste’ wat hij kwijtraakt.‘

Normalisering van narcisme

‘Uit klinisch onderzoek is inmiddels gebleken dat veroordeelde plegers vaak mannen zijn die een bovenmatige neiging hebben tot narcisme. De vraag is nu of dat niet een persoonlijkheidsaspect is dat veel meer voorkomt bij mannen dan nu bekend. Machogedrag en ego-drang kunnen een signaal zijn van narcistische neigingen.

Ik zeg dit wel met enige voorzichtigheid. Het gaat niet om de ‘normale’ man die niet gewelddadig is, maar om de traditionele mannelijkheid die wij in onze cultuur normaal vinden. Daar zitten heel wat elementen in van dominantie en superioriteit, wat grenst aan narcisme. Dat wordt normaal gevonden in een patriarchale cultuur, in een traditioneel beeld van mannelijkheid. Die normalisering zouden we meer als probleem moeten bekijken.’

'Het gaat om een controlerende en uitgeoefende macht die met ongelijkheid en jaloezie te maken heeft'.

Adequater optreden door politie is essentieel

Maar als je in een gewelddadige relatie zit, dan verbreek je die toch gewoon?

Volgens Römkens klopt die gedachte enerzijds, maar daarbij wordt eraan voorbijgegaan dat het proces van verlaten, de scheiding en de periode erna juist de gevaarlijkste fases zijn voor de vrouw: ‘We weten al twintig jaar dat de meeste dodingen van vrouwen na het verbreken van een relatie plaatsvinden. Dus als een vrouw dan bij de politie aanklopt en als reactie krijgt: ‘Ja, maar je bent toch al weg, die man is gewoon overstuur’, dan wordt het risico niet goed ingeschat. Betere training bij politie is noodzakelijk om adequater risico’s in te schatten en dan effectiever op te treden. Daar schort het nu aan.’

Onderschatting van het risico dat vrouwen lopen

Waarom is het belangrijk om te registreren wanneer er sprake is van femicide? Volgens Römkens zijn er twee redenen: ‘Het onderstreept het specifieke risico dat vrouwen lopen, namelijk dat ze gedood worden in de privésfeer. Daarnaast is het belangrijk dat het erkennen en registeren van femicide tot maatschappelijke en politieke discussie leidt.

Die discussie is nodig om preventiemaatregelen te kunnen nemen. Er zijn meerdere voorbeelden in Nederland, maar ook daarbuiten waarbij de politie toegeeft te weinig actief te hebben ingegrepen. Het risico dat vrouwen lopen wordt onderschat.’

'We weten al twintig jaar dat de meeste dodingen van vrouwen na het verbreken van een relatie plaatsvinden.'

Heeft de MeToo-beweging bijgedragen aan de discussie hierover?
‘Dat heeft zeker een rol gespeeld, maar het thema geweld tegen vrouwen heeft als maatschappelijke ontwikkeling überhaupt heel wisselend aandacht gekregen. Je gaat twee stappen vooruit en dan weer één stap achteruit.

Het is gebruikelijk dat sociale veranderingen in golfbewegingen gaan en zeker als het onderwerp ongemak en onbehagen oproept. Over vijftig jaar kunnen we met meer afstand kijken naar de belangrijke momenten die tot discussie leiden.

Ik zie wel dat er dingen aan het verschuiven zijn in het maatschappelijk debat. Het zijn kleine stappen en we zijn er nog lang niet, maar er zijn gelukkig steeds meer vrouwen die zich uitspreken. Het zijn allemaal kleine dominostenen die eraan bijdragen dat we ons realiseren dat femicide geen incident is.’

‘Waarom gaan we in Nederland niet de straat op na een voorval van vrouwendoding?’

Pleit u dan met name voor erkenning van femicide als structureel probleem?
‘Ja, en daaraan wil ik toevoegen dat mijn innige wens is dat ook mannen zich verantwoordelijk voelen voor verandering en een actievere rol aannemen. Dat mannen elkaar aanspreken. Daar is in Nederland nog een wereld te winnen.

Nederland heeft – fascinerend genoeg - het zelfbeeld een geopinieerd en geëmancipeerd volk te zijn, maar in Spanje, Italië en Frankrijk zijn de afgelopen twee jaar duizenden vrouwen én mannen de straat opgegaan na een voorval van vrouwendoding. Waarom gebeurt dat dan niet in Nederland?

Daarnaast moeten we onderzoeken wat je kan doen om te voorkomen dat mannen zo ver komen in hun daden. Daarvoor moet je ook in gesprek met mannen en kijken naar hoe jongens en mannen worden opgevoed.’

Introductie van de term 'Femicide'

De term femicide werd voor het eerst geïntroduceerd in 1976 door de feministische schrijver en activist Diana Russell. Haar hele leven stond in het teken van onderzoek naar (seksueel) geweld tegen vrouwen.

Zij was een van de initiatiefnemers van het International Tribunal on Crimes Against Women in Brussel in 1976. Duizenden vrouwen uit veertig verschillende landen verzamelden zich om getuigenissen af te leggen over de uiteenlopende vormen van geweld die ze hadden meegemaakt. Dit waren de begindagen van de vrouwenbeweging.

Het verslag van dit tribunaal, geschreven door Diana Russell en Nicole van de Ven is als congresbundel verschenen. Hierin wordt het begrip femicide gebruikt en in 1992 verscheen Russell’s boek over dit thema: Femicide: The Politics of Woman Killing.

meer weten over dit onderwerp?