In de documentaire Ghost Fleet vertelt een jongen uit Bangkok dat hij op een avond op zoek was naar een meisje om wat mee te drinken. Dat is het laatste wat hij zich van die avond kan herinneren want toen hij weer bij bewustzijn kwam bevond hij zich op een vissersboot op zee. Daar moest hij, zonder van boord te mogen, jarenlang dwangarbeid verrichten.

'Landen zijn ontzettend bang om hun afzetmarkt te verliezen door een slechte naam of slechte reputatie'

Er is te weinig aandacht voor moderne slavernij in de visserij, vindt Dr. Birgit de Vos. Vanuit Wageningen Economic Research en The Sustainability Consortium geeft zij advies aan grote bedrijven als Unilever en Walmart om producten duurzamer en beter te maken. De Vos: ‘Sommige mensen zijn op zoek naar een beter bestaan en worden vervolgens ongelofelijk misbruikt door jarenlang op een boot te moeten zitten. Vaak worden ze daarvoor niet of vrijwel niet betaald. Er zijn enorm veel van dit soort schrijnende gevallen die nog steeds plaatsvinden.’ Er wordt weinig onderzoek gedaan naar moderne slavernij op vissersboten en aantallen zijn lastig te schatten. Zo deden de Thaise autoriteiten in 2015 meer dan 474 duizend inspecties, maar daarbij kwam geen enkel geval van gedwongen arbeid aan het licht.

De Vos: ‘Elke vorm van slavernij is verschrikkelijk. Het erge aan slavernij op zee vind ik dat mensen écht geen kant op kunnen. Op het platteland is het ook erg lastig om te vluchten, maar hier is het bijna onmogelijk. Stel je voor om 20 jaar lang tegen je wil op een schip te zitten en waar niemand in de buurt is die je kan helpen. Dat is ongelofelijk heftig.’

Slaafvrije vis

Er gaan nog heel veel jaren overheen totdat slaafvrije vis werkelijkheid is, vreest de Vos. ‘Een veelzeggend stukje hierover zit aan het begin van de documentaire: De lokale bevolking wilde niet meer werken in de visserij omdat het werk zo zwaar is en slecht betaald. Daardoor ontstaat er een arbeidstekort. In plaats van arbeidsomstandigheden te verbeteren, kiezen veel bedrijven ervoor om dan maar werknemers op deze vreselijke manier te dwingen.’

Van onze kant moet er volgens de Vos ook veel gebeuren. ‘Er moet betere Nederlandse en Europese regelgeving komen, omdat wij nog wel gewoon vis kopen van foute bedrijven. Wij zijn niet slaafvrij en niet kinderarbeid-vrij in veel van onze geïmporteerde chocola, vis, koffie, thee of bananen.’ In Nederland is onlangs wel een nieuwe kinderarbeidswet aangenomen door de Eerste Kamer, waardoor bedrijven voortaan moeten verklaren hoe zij kinderarbeid tegengaan. De Vos: ‘Ik vind dat er ook zo'n wet moet komen voor slavernij.’

Tekst gaat verder onder afbeelding.

'Ik probeer hier vanaf mijn bureau ook maar een steentje bij te dragen, maar zij doet natuurlijk het echte werk.’

Patima versus de autoriteiten

In de film volgen we Patima Tungpuchayakul. Zij heeft met haar team al meer dan 3000 mensen gered uit de slavernij in Burma, Cambodja, Laos en Thailand. In 2018 werd ze genomineerd voor de Nobelprijs voor de Vrede. De Vos: ‘Werkelijk fantastisch wat Patima doet met gevaar voor eigen leven. Zulke mensen moet je hebben. Ik probeer hier vanaf mijn bureau ook maar een steentje bij te dragen, maar zij doet natuurlijk het echte werk.’

In plaats van dat de lokale autoriteiten haar helpen, zien we in de film hoe ze juist wordt tegengewerkt. De Vos: ‘Landen zijn ontzettend bang om hun afzetmarkt te verliezen door een slechte naam of slechte reputatie. Visserij is een hele belangrijke inkomstenbron voor hen. Het is een miljardenindustrie.’ De Verenigde Staten besloten na berichten over kinderarbeid in Malawi om tabak helemaal niet meer te importeren uit dat land. Daardoor werd het land aan zijn lot overgelaten. De Vos: ‘Het is belangrijk om juist met die landen samen te blijven werken aan een duurzame transitie.’

De Europese Unie ondernam op een andere manier actie tegen Thailand: ze gaven het land een gele kaart voor mistanden in de vissersindustrie. Daarna is er betere regelgeving gekomen, waarop de gele kaart werd ingetrokken. De Vos: ‘Dat is een goede eerste stap. Het duurt echter nog een aantal jaren voordat deze regels geïmplementeerd en structureel gehandhaafd worden. Regelgeving zegt nog niet veel over naleving, dat ontbreekt juist vaak. Illegale visserij is nog moeilijker om te controleren, omdat het niet bekend is hoeveel schepen er zijn en waar ze varen. Die zijn niet allemaal met gps uitgerust, zoals hier in Nederland.’

Tekst gaat verder onder afbeelding

Keurmerk voor vis

In Nederland zijn er twee grote keurmerken voor duurzame vis: het MSC-keurmerk voor wilde vis en het ASC-keurmerk voor kweekvis. Deze keurmerken leggen wel meer de nadruk op milieu en overbevissing en minder op werkomstandigheden van vissers. De Vos: ‘een keurmerk dat producten importeert uit landen met slechte handhaving, is niet waterdicht. Er wordt vaak gecontroleerd met steekproeven, dus het is niet een honderd procent garantie. Wel is het beter dan géén keurmerk, omdat de consument er een signaal mee geeft: “Ik ben bereid om iets meer te betalen voor een product met een keurmerk.” De populariteit van chocolademerk Tony’s Chocolonely bewijst dat er onder Nederlandse consumenten wel vraag is naar slaafvrije producten.’

Birgit de Vos is verbonden aan Wageningen Research en het Sustainability Consortium, het laatste is een wereldwijde samenwerking tussen honderden bedrijven, NGO's en universiteiten. Daar maken ze onder andere wereldkaarten om te kijken waar de risico’s zijn op het gebied van slavernij. Vervolgens geven ze advies aan bedrijven en overheden hoe hiermee om te gaan.