2DOC:

Zie je me, hoor je me

HUMAN

Een unieke inkijk in een verpleeghuis tijdens de eerste coronagolf. Intieme beeldbelgesprekken van bewoners van verpleeghuis Het Hendrickszhuys in Amsterdam met de buitenwereld.

Regisseur Anne-Marieke Graafmans kwam vaak in Het Hendrickszhuys, een verpleeghuis in Amsterdam, in haar andere beroep als Physician Assistant. Toen plotseling de deuren sloten zag ze dat er isolement dreigde voor de bewoners. Ze zocht en vond een oplossing in de vorm van een ‘Skypekar’: een kar met een grote monitor, een computer en een webcam. Hiermee werd het voor de bewoners mogelijk via Skype op een veilige manier contact te houden met de buitenwereld. De intieme, soms grappige, maar ook pijnlijke gesprekken tonen een bijzondere inkijk in dit verpleeghuis tijdens de eerste coronagolf.

Regie: Anne-Marieke Graafmans

‘Niemand had ooit verwacht dat het zo’n horrorverhaal zou worden’

In gesprek met regisseur Anne-Marieke Graafmans

Tekst: Abel Vos

Regisseur Anne-Marieke Graafmans volgde tijdens de eerste coronagolf bewoners van het Hendrickshuys in Amsterdam. Via Skypeverbindingen konden zij, ondanks de gesloten deuren van het verpleeghuis, in contact blijven met hun naasten. Graafmans legde deze intieme gesprekken vast en maakte er een film van. 2Doc.nl ging met haar in gesprek over het bijzondere maakproces. 'Het personeel heeft nog geen moment gehad om even bij te komen, om te bedenken wat er allemaal is gebeurd.’

Dacht je bij de eerste coronagolf gelijk: hier moet een film over worden gemaakt?
‘Ik schrok bij de eerste coronagolf enorm van het bericht dat de verpleeghuizen werden afgesloten. Leuk bedacht, dacht ik, maar hoe houden ze dan contact met de buitenwereld? Kun je mensen zomaar opsluiten? Hoe ethisch is dat? Snappen ze FaceTime en kunnen de bewoners dat fysiek wel aan? Samen met mijn man Joost van Herwijnen bouwde ik de Skypekar, met een extra groot beeldscherm zodat alles goed zichtbaar is. Ik sprak onder andere met hoogleraar Erik Scherder en onderzocht of dementerende ouderen cognitief niet juist méér in de war zouden raken van zo’n filmende en pratende kar. Hij was precies op tijd af: net toen ‘ie in het gebouw stond, werden de eerste coronagevallen bekend.’

‘De bewoners, het personeel en andere experts waren enthousiast over de kar. Nadat ik van iedereen toestemming had gekregen, begon ik ook met het maken van de documentaire. Omdat ik niet in het gebouw kon zijn, heb ik de film geheel op afstand gemaakt. De kar heeft zich daarbij bewezen als een goede manier van communiceren. Hij staat er nog steeds en wordt dagelijks gebruikt.’

Na jaren werkervaring als verpleegkundige op de spoedeisende hulp, studeerde Anne-Marieke Graafmans (1975) in 2011 af op de Nederlandse Filmacademie met Als ik jou niet had. Volgens Protocol, haar eerste lange documentaire, leverde haar een Gouden Kalf nominatie op. Ook won ze er de TIFF Award voor Beste Internationale Documentaire mee. Naast het maken van films werkt ze als Physician assistant in de gezondheidszorg en als docent aan de Hogeschool InHolland.

Mocht je zomaar al hun gesprekken opnemen voor een documentaire?
‘Het is een hele gekke manier van een film maken: normaal gesproken besteed je vooraf veel tijd om met iedereen een goede band op te bouwen en uit te leggen wat je aan het doen bent. Die tijd hadden we niet. Ook wist niemand hoe dit ging aflopen. De hoofdpersonen hebben wel ja gezegd, maar ze konden natuurlijk onmogelijk weten waar ze ja op zeiden. Niemand had ook ooit verwacht dat het zo’n horrorverhaal zou worden. Ik was me als maker bewust dat ik meekeek in een hele unieke situatie. Iedere stap en moment heb ik gecommuniceerd met bewoners, familie, medewerkers en managers. Voordat we de definitieve montage ingingen hebben editor Annelotte Medema en ik een korte versie gemaakt en die aan iedereen uit de film lieten zien. In die versie zaten nog veel heftigere scenes dan in de uiteindelijke film. Dat deed ik om de hoofdpersonen te laten beseffen wat er allemaal was opgenomen.’

Wekenlang mocht je meekijken in het verpleeghuis. Hoe kijk je daarop terug?
'Ik bouwde tijdens het proces een goede band op met manager Linda, haar team, de bewoners en hun familie. Het viel me op met hoeveel veerkracht en humor iedereen er doorheen probeerde te komen. Het team zat als het ware ook gevangen in het verpleeghuis. Ze gingen ’s avonds wel naar huis, maar er was natuurlijk bijna geen familielid die bij hen thuis op bezoek durfde te komen. Ik zag wel dat het team de tijd kreeg om ook eens een sigaretje te roken of gezellig te praten. Ik vind het fantastisch dat de manager dat toeliet. Niemand van de buitenwereld begrijpt hoe het is om op deze manier te moeten werken. Ze hebben nog geen moment gehad om even bij te komen, om te bedenken wat er allemaal is gebeurd.’

Hoe kijk jij naar de Skypekar als oplossing voor een gesloten deur?
‘Het is enorm heftig om de deuren van een verpleeghuis te moeten sluiten. Nu we middenin de tweede golf zitten, zijn er weer discussies over wat de beste oplossing is. Veel mensen uit de zorg willen horen hoe de sluiting in de eerste golf was en wat het voor de bewoners heeft betekend. Deze film moet zo snel mogelijk op de buis om dit zichtbaar te maken. Ik hoop dat mijn film de isolatie goed heeft kunnen vastleggen en dat er daardoor een discussie op gang komt over wilsbeschikking en autonomie. Kan je zomaar hekken om een verpleeghuis zetten? Het is heftig als je moeder met een beroerte in een verpleeghuis zit en je er niet naar toe mag. Sorry, vijf weken geen bezoek. Dan zit je in de laatste fase van je leven. Wat beslis je dan? Wie beslist dat? En hoe?’

Tekst gaat verder onder afbeelding

'Het viel me op met hoeveel veerkracht en humor iedereen er doorheen probeerde te komen'

Een film als deze is ‘nooit af’. Wanneer stopte je?
‘Ik wilde graag positief eindigen om te laten zien dat dit wel goed komt, als we ons verstand erbij houden. We moeten alleen een beetje rekening houden met elkaar. Het is Moederdag op het einde van de film. De deur kan toch weer op een kier. Manager Linda mocht naar binnen. Dat leek me een goed einde voor deze film.’

En toen begon de montage.
‘Ik heb iedere dag alle beelden bekeken. Daarbij heb ik direct alle gesprekken volledig uitgetypt en gesorteerd op thematiek. Het is een gigantisch document geworden. Met mijn medische achtergrond voelden de personages aan als mijn eigen collega’s en patiënten. Soms werd dat emotioneel, zeker toen veel mensen overleden. Het droeg me persoonlijk te zwaar. Om mezelf te beschermen keek ik dan een poosje niet meer naar de beelden.’

Het liefst had ik een paar maanden lang gemonteerd, waarbij ik alle beelden rustig door kon kijken. Ik had alleen maar drie weken voor dit montageproces. Mijn editor Rinze Schuurman vroeg mij daarom om de tien meest indrukwekkende scenes op te noemen die ik had gezien. Uit mijn hoofd. Dat werd de basis voor deze film. Ik vond dat uiteindelijk een bijzonder manier van monteren: volledig op je gevoel.’

Hoe reageerden de betrokkenen op de uiteindelijke film?
‘Het personeel is constant doorgegaan, waarbij ze bijna geen tijd hadden om het rustig op zich te laten inwerken. Toen ze de film keken, zag je dat dat realisatiemoment pas kwam. Deze film drukt iedereen met de neus op de feiten. De medewerkers hebben een goede band met de bewoners. Het moet voor hen heel pittig geweest zijn om in korte tijd zoveel bewoners te verliezen. Iedereen is moe van de eerste golf en nu krijgen ze de tweede golf over zich heen. Ik vraag me af hoe ze dat volhouden. Daar maak ik me zorgen om. Niet alleen de zorgmedewerkers, maar ook het personeel in de keuken, de schoonmakers: iedereen eromheen. Ik hoop dat zorgmedewerkers en families van overleden mensen kracht kunnen putten uit deze film. Dat mensen erover in gesprek gaan. Veel nabestaanden hebben de zorgmedewerkers helemaal niet meer gesproken. Die gesprekken komen nu pas weer op gang: wat hebben we eigenlijk allemaal meegemaakt?’

'Om mezelf te beschermen, keek ik soms een poosje niet meer naar de beelden’

Podcast '2Doc belt met Boeijen'

Zorgen voor elkaar